home
who are we?
journal
our favorites
photo gallery
our book
guestbook |
English
Oktober 2012,
Nederland
We sturen een mailtje rond dat we binnenkort weer op reis zullen gaan.
“Waar moet ik dan mijn Aurorakalender naar toe sturen?” is het antwoord
van de altijd goedlachse Heidi, een befaamde Noorderlicht fotografe die
we twee jaar geleden in Yellowstone hebben ontmoet.
“We komen hem wel bij je thuis ophalen”, is PJ’s spontane antwoord.
“Echt waar? Jij weet hoe je een vrouw gelukkig moet maken”, is het
enthousiaste antwoord van vriendin Heidi.
“PJ, weet je waar Heidi woont?”, vraag ik.
“Ja, zo ongeveer”.
Ik pak de kaart van Noord Amerika erbij. “Kijk, hier landen we”, en wijs
op Calgary in Canada. “En hier woont Heidi”, en wijs op het meest
noordelijke puntje in de staat Minnesota.
“Holy shit”, mompelt PJ. |

A = Calgary, E = Heidi
En zo begint onze roadtrip door allerlei staten waar we nog niet
eerder waren! |
Op zondag 28 oktober vliegen we naar Canada. We hebben geen last
van orkaan Sandi die de oostelijke staten van de USA teistert.
Zelfs geen zuchtje turbulentie.
Vanuit de lucht hebben we een prachtig uitzicht op de
ondergaande zon boven de besneeuwde stad Calgary.
|
 |
We hielden het weer al weken nauwlettend in de gaten, want we hadden
geen zin om de camper te moeten uitgraven en net als in Nederland was
het een mooie zachte herfst. Maar net als in Nederland was het ineens de
laatste week een flink stuk kouder geworden en in Alberta viel zelfs de
eerste sneeuw.
Dus is het bitterkoud als we een uur na de landing in Calgary buiten
staan te wachten op het gratis shuttlebusje dat ons naar ons hotel moet
brengen.
We checken in, brengen onze koffers naar de kamer en lopen dan snel een
paar honderd meter naar een McDonalds voor een vette hap. Er ligt zo’n
vijf centimeter sneeuw op de straten en het ruim onder nul met een
straffe wind. Onze oren vriezen er haast af! Om half 9 ’s avonds liggen
we allebei uitgeteld in bed in de warme hotelkamer.
De volgende morgen zijn we erg benieuwd hoe ons campertje erbij staat na
ruim vier maanden in een buitenopslag gestaan te hebben. Na een enorm
ontbijt van roereieren met worstjes, Belgische wafels, cornflakes,
muffins en sloten koffie nemen we de gratis shuttlebus terug naar het
vliegveld en daar nemen we een taxi naar de opslag. Ja, we blijven
zuinige Nederlanders hè?
Onze taxichauffeur is een Indiër met een blauwe tulband en een enorme
witte snor en baard. Hij is zwijgzaam, maar weet de opslag vijf
kilometer verderop feilloos te vinden.
De camper staat er goed bij - jammer dat krakers de auto ondergepoept
hebben – maar de motor start helaas niet. PJ haalt de generator
tevoorschijn, maar na vijf minuten kapt die ermee.

 |
Dus PJ ‘leent’ een auto bij het kantoor en hangt startkabels aan
de accu. Na twee pogingen start de motor even later, maar dan
gaat ook lichtje check engine (ga onmiddellijk naar de
dichtstbijzijnde dealer) branden. Nee hé, dat is zo ongeveer de
reden dat we vorige auto verkocht hebben!
We rijden naar een Dodge dealer en leggen het probleem uit aan
chef werkplaats en hopen dat het te maken heeft met de lege
accu’s en het starten met startkabels.
“Dat lijkt mij zeer onwaarschijnlijk”, is het sombere antwoord
van de monteur, maar hij beloofd er vandaag naar te kijken. |
Drie uur later komt het verlossende woord. Het komt wel door de lege
accu’s en nadat de computer in de pick-up gereset is en we 100 Euro
afgerekend hebben, kunnen we weer op weg. We kopen snel wat boodschappen
en rijden naar de wintercamping ten noordwesten van Calgary. Daar komen
we pas om half 5 aan, de dag is door onze vingers geglipt.
Dus koffers uitpakken, de boodschappen opbergen en controleren
wat er allemaal niet meer werkt in de camper. De boiler is bij
tijdens de vorige winteropslag kapot gevroren en dat hebben we
nog niet laten maken. De waterpomp van de camper doet het niet
(bevroren?) en de toilet trekt niet door, dus dat moet even met
een emmertje. We hebben een klein elektrisch kacheltje gekocht
en al gauw is het bloedheet in de camper.
Bij het uitpakken van de koffer, kom ik erachter dat ik vergeten
ben het zakje medicijnen in te pakken, die we vorige week bij de
apotheek hadden opgehaald. Het gaat om PJ’s cholesterol pillen
en voor mij de anticonceptiepillen. We vragen aan vrienden in
Nederland of zij ze uit de stacaravan willen ophalen en met DHL
te versturen naar Heidi’s adres. We checken het weer (sneeuw) en
afstanden en zijn er nog niet over uit wat we gaan doen en welke
kant we eerst op zullen gaan.
|
 |
30 oktober 2012, Calgary Canada
Als we wakker worden is het nog pikdonker (vervelend die jetlag), maar
zodra de eerste zonnestralen de horizon kleuren ga ik met een
fototoestel naar buiten. Een volle maan zakt langzaam onder en de zon
komt met veel bombarie op.


PJ repareert de niet werkende waterpomp, wat slechts een kapotte
zekering blijkt te zijn, maar als hij de pomp aanzet, horen we ineens
water stromen in het keukenkastje. Helaas, het waterfilter is kapot
gevroren en het water spuit door het kastje! PJ haalt het filter er
tussen uit en repareert de waterslang provisorisch met een schroef in de
leiding. Ook het toilet zal moeten wachten tot het iets warmer is om aan
dit soort klussen te beginnen.
Als we woensdag 31 oktober (weer om 6 uur) wakker worden, is het
Halloween, -6°C en ben ik weer een jaartje ouder. Mijn bezoek
aan het douchegebouw is een beetje griezelig. Van de drie
douches (muntdouches, daar heb ik zo'n hekel aan, zeker als je
net €35 voor de camping hebt neergeteld) zijn er twee buiten
gebruik. Terwijl ik me in de enige beschikbare douchehokje sta
uit te kleden, gaat ineens de douche naast mij lopen! Halloween
spoken? En zonder dat ik een muntje in het apparaat heb gestopt,
begint ook uit mijn douche heet water te stromen. Ik spring dus
maar onder die gratis douche. Slippers houd ik wel vaker aan
onder de douche, maar nu houd ik voor het eerst van mijn leven
mijn gebreide muts op! Tjonge jonge, wat is het koud! Daarna
maken we ons routeplan. We hebben meerdere keren het weer
gecheckt en ik wil graag nog even van het winterweer genieten,
dus ik vraag of PJ nog een rondje Noord wil rijden door Banff-
en Jasper National Park over de Icefield Parkway en dan
via Edmonton terug naar Calgary. Tja, een jarige kun je toch
niets weigeren?
 |
 |
Het eerste stuk van Calgary naar Banff valt een beetje
tegen, er ligt alleen sneeuw op de bermen, maar niets op de
bomen. Maar als we een beetje hoger komen, valt er zelfs verse
sneeuw en zijn ook de bomen met een beetje sneeuw bedekt.
We overnachten op een 'camping' in Golden. Ik schrijf dit
tussen haakjes, want het zijn een paar plekjes naast een motel
met stroom, maar zonder water of douches. En Wifi kost 5 dollar,
dus dat pikken we maar illegaal op van een buurtbewoner. Golden
ligt een stuk lager, dus de sneeuw is nu regen en het is 5°C
buiten. Morgen gaat het de hele dag regenen, dus dat zou op de
Icefield Parkway sneeuw betekenen, dus blijven we nog een
dagje hier in de buurt en gaan pas vrijdag de Parkway rijden. We
verwachten geen beren te zien, misschien nog een paar herten,
maar het gaat dit keer vooral om de mooie natuur met hopelijk
veel sneeuw voor mooie plaatjes. |

|
 |
2 november 2012, Golden Canada
We rijden de Icefield parkway, een route op 2000 meter die loopt
langs vele gletsjers, vandaar die naam. Het valt een beetje tegen, er
ligt namelijk geen sneeuw op de bomen! We zijn speciaal een dag in
Golden gebleven, zodat we het slechte weer zouden missen, maar de
voorspelde zonnige dag blijft uit en het is een sombere bewolkte dag.
Maar de Icefield Parkway blijft een prachtige route.
|



een jong bighorn schaapje

We overnachten op een ‘wintercamping’ in Jasper, maar dat blijkt
alleen met stroom te zijn (geen dump en water) en warme douches. Ons
elektrische kacheltje snort er lekker op los en de douches zijn schoon
en de straal is fantastisch. Ik blijf er een kwartier onder staan en ik
sta niet bekend als een lange doucher.
3 november 2012, Jasper Canada
Weer een sombere dag met zelfs een beetje regen. We rijden de Maligne
Road waar we dikhoornschapen fotograferen.

volwassen bighorn schapen in de sneeuw
’s Middags nemen we via de e-mail contact op met een oude schoolvriend
in Edmonton. Of we in plaats van zondag nu al bij hem langs
kunnen komen. Natuurlijk zijn we welkom. Terwijl we de Yellowhead
Highway van Hinton naar Edmonton rijden, ligt er ineens een dik pak
sneeuw op de bermen en op de bomen. Maar we willen voor het donker in
Edmonton zijn, dus we hebben geen tijd om te stoppen en uitgebreid
plaatjes te schieten. Dus ik moet me behelpen met foto’s vanuit een
rijdende auto.

Om half 7 ’s avonds (toch nog in het donker) komen we bij Martin
aan. Het is ruim 28 jaar geleden dat we elkaar voor het laatst
gezien hebben tijdens een reünie en het is goed dat ik een jaar
eerder ‘Facebookvriend’ met hem ben geworden, anders hadden we
hem niet herkend! Van een 16 jarige puber is Martin veranderd in
een knappe vent van 48.
PJ en ik hebben allebei met hem op de MAVO Kreeklaan in
’s-Gravenzande gezeten en na het behalen van ons schooldiploma
is hij 30 jaar geleden met zijn familie verhuisd naar Canada.
Zijn Canadese vrouw Marianne is er helaas niet, zij zit in bij
familie in Australië. |
 |
Hun huis is wat ze in Canada een ‘starterswoning’ noemen: daar is dat
een huis met 5 slaapkamers, 2 badkamers, 2 woonkamers, een keuken, een
grote tuin en een aparte garage/schuur. In Nederland zou iedereen wel
met zo’n ‘starterswoning’ willen beginnen! Wat ons als eerste opvalt hoe
gezellig de woonkamer is, zeer on-Noord-Amerikaans met drie verschillend
gekleurde muren: oranje, geel en terracotta en overal Australië en
Afrika souvenirs. Nou ik voel me er meteen thuis! Via de voordeur sta je
meteen in de woonkamer, wat vreemd is want de winter begint in Edmonton
in oktober en duurt tot mei en de temperatuur zakt naar -22 tot -44°C!
Dan zou je toch verwachten dat de ontwerper van het huis een
tochthalletje zou bouwen. Het huis stamt uit de jaren 60. De tweede laag
van het huis, waar een tweede woonkamer is, de tweede badkamer en twee
slaapkamers is in de kelder, wat ze hier de basement noemen. Van
buiten lijkt het huis misschien niet groot, maar door die basement kun
je er toch gemakkelijk een gezin met drie kinderen groot brengen.
Martin besteld meteen een grote pizza en we kletsen de hele avond
gezellig met elkaar. Wat is er in die 30 jaar een hoop gebeurd!

De volgende dag is het een stralend zonnige dag en tijd voor wat
herinneringsfoto’s.
Vanaf Edmonton rijden we schuin naar beneden door de staten Alberta
en Saskatchewan die vreselijk saai blijken te zijn. We kamperen
op een wintercamping die geen water en dump heeft. Dit begint nu toch
wel irritant te worden, zeker omdat ze ons zo €28 per nacht laten
afrekenen.
6 november 2012, Grens Canada-USA
Vandaag gaan we grens van Canada-USA over bij Fortuna, North
Dakota. Een vrouwelijke douanebeambte handelt alles af, stelt veel
vragen, maar blijft beleefd en vriendelijk. Zo, was dat even een
makkelijke grensovergang. Eindelijk hebben we nu het voordeel dat in
Canada zijn binnengevlogen en via een landsgrens de USA binnenkomen. Nu
mogen we 90 dagen op ons visum blijven, en dan via Mexico de Verenigde
Staten weer verlaten. Als we de USA via een vliegveld binnenkomen, is de
regel dat je ook na 90 dagen naar huis moet vliegen. Op deze
manier kunnen we dus overwinteren in Mexico en in maart weer terugkomen
in de USA op een nieuw visum. Begrijpen jullie het nog?
Het is een spannende dag, want de Presidentsverkiezingen zijn vandaag.
Wie zal het worden; Barack Obama voor nog vier jaar of wordt het Mitt
Romney? Om in het presidentengevoel te blijven rijden we naar Theodore
Roosevelt National Park, waar we pas in het donker aankomen. De camping
is helemaal leeg.
7 november 2012, T. Roosevelt NP, USA
Ik word wakker van een oorverdovende stilte! Het is lang geleden
dat we ergens voor de nacht geparkeerd stonden, waar er geen
bijgeluiden zijn. Ik moet gewoon even nadenken waar we zijn en
waarom ik helemaal NIETS hoor!Na een tijdje worden de vogels
wakker en zien we wilde kalkoenen rondscharrelen. Die zijn zich
er vast niet van bewust dat het over twee weken Thanksgiving
is en de Amerikanen zich massaal aan de kalkoen zetten.
|
 |

We fotograferen canon balls, ronde stenen met een doorsnee van
een meter die zo uit het zachte gesteente komen rollen. Helaas is het
guur en bewolkt, dus we gaan snel verder. We zien op het Internet dat
Obama het nog een periode mag proberen.
Het is nu nog 12 uur rijden naar Heidi, die met spanning op ons zit te
wachten. Ze had in haar enthousiasme een programma voorgesteld alsof we
een maand zouden blijven, maar ons plan is een paar dagen. We zullen wel
zien. We hopen dat we samen met Heidi een nacht het Noorderlicht kunnen
fotograferen.
8 november 2012, Babbit Minnesota USA
Wat ligt Babbit, de woonplaats van Heidi en haar man Tom
in the middle of nowhere! Er komt geen eind aan de wegen
door het bos. Maar we zijn blij dat er eindelijk weer bomen om
ons heen zien, want die kale vlakten in Alberta, Saskatchewan en
North Dakota komen ons neus uit. We zien veel jagers, we nemen
aan dat ze jagen op herten, maar dit blijkt achteraf op wolven
te zijn. Niet leuk! |
 |
Het welkom is warm (ook van hun twee honden) en wat is het leuk om Heidi
in haar eigen omgeving te zien. Heidi had geschreven dat ze helaas geen
logeerkamer heeft, maar dat we natuurlijk op de bank mogen slapen. Dit
is vanzelfsprekend niet nodig, want we dragen ons huisje altijd met ons
mee. Ik vroeg mij wel af hoe klein ze dan zou wonen, misschien wonen ze
ook wel in een stacaravan. Maar natuurlijk wonen Amerikanen niet echt
klein, alleen hebben Heidi en Tom allebei hun kantoor aan huis (dat
neemt al twee kamers in beslag), een slaapkamer, twee woonkamers, twee
badkamers, een ‘sunroom’ (hierover later meer) en een enorme
tuin.

We mogen de camper op de oprit van de buren zetten, want die
zijn toch op vakantie, maar ze komen de volgende morgen
onverwachts thuis! Heidi gaat even bij hen langs om te vragen of
het goed is dat wij op hun oprit staan en dat is geen probleem.
Ze nodigt haar buren meteen uit voor een brunch, “Eggs
Benedict, om half 11 geserveerd”. De buren antwoorden dat ze
er nu al naar uit kijken.Het blijkt dat Heidi, voordat ze een
fulltime natuurfotografe werd, een chef kok was en ze kan heel
goed koken. Vol bewondering zie ik hoe ze de eieren pocheert en
de Hollandaisesaus klopt. De Engelse muffins gaan in de oven, de
ham wordt verwarmd, de tafel gedekt voor zes personen, cupcakes
op een mooie kristallen schaal, verse koffie gezet…
Het wordt half 11 en de buren zijn er nog niet. We gaan maar aan
tafel en de buren komen gewoon niet opdagen! Zeer merkwaardig.
’s Middags komt de buurvrouw een pakje ophalen dat tijdens hun
afwezigheid bij Heidi en Tom bezorgd is en er wordt met geen
woord gerept over hun afwezigheid vanmorgen. Ik zou hier niet
echt mee om kunnen gaan, dat zouden we in Nederland toch niet
accepteren.
Heidi vertelt ons dat ze met de Kerst met haar familie altijd
een thema avond hebben. “Dit jaar wordt het Dutch Christmas!”
Ik vraag haar natuurlijk meteen wat een Hollandse Kerst dan is.
"We zetten onze schoen met een wortel en stro…”. |
 |
 |
Ik begin meteen te lachen, en roep uit: “Dat is geen Kerst, maar
Sinterklaas!!”
Heidi blijkt het verhaal van onze Goedheiligman te kennen, want
haar grootmoeder is Deens en ze schijnen in Denemarken ook
Sinterklaas te vieren! Ze heeft zelfs papieren servetten met de
afbeelding van Sinterklaas erop! Haar familie gaat dus
aanstaande Kerst onze Sinterklaastraditie combineren met Kerst.
Ik heb Heidi een paar recepten gegeven om bijvoorbeeld
borstplaat, kruidnootjes, kerstkrans en speculaas te maken.
Jammer dat we dit keer niets hebben meegenomen uit Nederland,
zodat ze alvast kon proeven.
|
Een avond spelen we het bordspel Sequence in de
sunroom. Dit is een kamer met veel glas die eigenlijk
bedoeld is voor de late zomeravonden of het voorjaar. Maar Tom
houdt het haardvuur flink gaande, Heidi heeft pizza gebakken die
warm blijven op een warmhoudplaat en zo houden we het zonder zon
de hele avond uit in de sunroom. De volgende avond spelen
we Sequence in de woonkamer, voor de broodnodige variatie.
|
 |
Op zondag neemt Heidi ons mee naar het International Wolf Center
in Ely, een plek waar je vanachter glas een roedel wolven kunt
bestuderen. Verder is er een expositieruimte, veel opgezette wolven en
veel informatie over het behoud van de wolven. Een Aurora foto van Heidi
hangt daar aan de muur.

Daarna rijden we naar het eind van de weg. Vanaf hier is er
alleen nog een meer en dan begint Canada. Dit is de plek waar
veel van Heidi’s Aurora foto’s genomen zijn. Graag waren we er
’s nachts op uitgegaan met Heidi om het Noorderlicht te
fotograferen, maar helaas regent het ‘t hele weekend.
12 november 2012, Babbit Minnesota USA
Op de dag van ons vertrek heeft het gesneeuwd, is het bitterkoud
en nemen we afscheid van de lieve Heidi en haar vriendelijke man
Tom. |
 |
Een maand later stuurt
Heidi een foto van het 'speculaasje' dat ze gebakken heeft; het
blijkt een enorme windmolen te zijn!
Ik had haar o.a. een recept gegeven voor 'brokkelspeculaas', met
een foto erbij. Haar interpretatie was als volgt;

|
 |
 |
Na een dag rijden komen we aan in St. Cloud, Minnesota.
Als we in de camper stappen, blijkt het binnen -1 °C te zijn! De
gaskachel maakt overuren en we pikken heel langzaam Internet op
en kunnen met moeite een e-mail sturen naar Regina, onze volgend
logeeradres, om te vragen waar ze woont. De kachel heeft na twee
uur niet genoeg power van de accu’s meer en begint koude lucht
te blazen. We kruipen onder de dekens om warm te blijven, maar
ook onze leeslampjes bij het bed geven vrijwel geen licht. Dit
is nu wel ‘kramperen’ geworden. We moeten snel iets aan de
accu’s laten doen, want ook na een dag rijden, worden ze niet
opgeladen door de pick-up. ’s Morgens is het buiten -8°C en in
de camper -1,5°!
|
Onderweg van Babbit naar South Dakota komen we door een dorpje dat
Holland heet. We kunnen het niet laten om wat gekke plaatjes te
schieten.



Vanuit Babbitt is het twee dagen rijden naar de volgende vriendin:
Regina, een parkwachter uit Hyder, Alaska. Toen we haar leerden kennen
was ze pas 19 jaar en nu 12 jaar later is ze getrouwd en heeft een
dochtertje van anderhalf en woont nu in Sioux Falls woont (spreek
je uit als Soe Falls). We komen aan het eind van de middag aan. Haar man
is een week op zakenreis, maar wat is het leuk om haar dochtertje Rory
te leren kennen. Het weerzien met Regina is erg gezellig en al gauw
liggen we weer in een deuk om de meest melige dingen. We hebben, toen
Regina nog parkwachter in Alaska was, vele uren doorgebracht op het
uitkijkplatform, wachtend op beren. En in haar vrije tijd nam Regina ons
mee op avontuur door middel van spannende wandelingen door de bossen,
klauteren naar een ijsgrot of kamperen met uitzicht op de Salmon
gletsjer. Toen PJ 40 jaar werd, verraste ze hem door in het Smokey the
Bear kostuum op het platform te verschijnen en op een andere verjaardag
bakte ze een berentaart voor hem.

Regina moet de volgende avond naar avondschool en ze vraagt of wij op
Rory willen passen. Later vertelt ze dat haar dochtertje altijd begint
te huilen als ze naar school gaat en achter moet blijven bij haar vader.
Bij ons geeft ze geen kik en we komen de drie uur zo door met spelen,
voorlezen, avondeten, schone luier en naar bed doen. Wat een heerlijk
kind, dat nog niet praat, maar wel alles lijkt te begrijpen.


Het pakketje medicijnen dat vrienden in Nederland naar ons hebben
opgestuurd, ligt nu al een week bij de douane in Cincinnati. Het ziet er
niet naar uit dat het binnenkort geklaard wordt. Dus zijn we vandaag
naar een inloopkliniek gegaan en hebben voor morgen een afspraak voor
PJ.
PJ vond nog een oud doosje met 7 strippen anticonceptiepil van mij, 4
strippen waren over de datum, maar 3 konden we nog wel mee door
(vervaldatum oktober, niet te moeilijk doen). We zullen wel zien of PJ
morgen zijn cholesterol pillen krijgt.
16
november 2012, Sioux Falls South Dakota USA
Om half 12 heeft PJ een afspraak met de huisarts om een recept te
krijgen zijn cholesterol medicijnen. Eerst krijgt hij een gesprek bij
een verpleegster die zijn gewicht, bloeddruk en lengte opneemt en hem
daarna allerlei vragen stelt zoals: “Ben je wel eens depressief, heb je
wel eens aan zelfmoord gedacht?” en daarna komt er een dokter die een
beetje met z'n vinger in PJ’s buik prikt en daarna het recept
uitschrijft. En dat kost dan 80 euro. Daarna naar de apotheek en hij
krijgt zonder problemen voor vijf maanden pillen mee. Ik blijf gewoon
die oude anticonceptie slikken en in Mexico kan ik zonder recept nieuwe
pillen krijgen.
Vanuit Sioux Falls rijden we westwaarts de hele staat South Dakota door
voor een aantal National Parken en toeristische attracties.
Als we langs Mitchell rijden, kunnen we het niet laten om even
een bezoekje te brengen aan het corn palace. Paleis is misschien
een beetje groot woord, maar dit gebouw is beplakt met maïskolven,
granen en grassen. Al sinds 1892 en elk jaar een ander thema, dit keer
heeft het veel met sport te maken. Binnen blijkt het een basketbalarena
te zijn. Te kitsch voor woorden, maar altijd leuk om even gezien te
hebben. En na dit bezoekje kun je toch alleen maar een kom romige
maïssoep eten?



Het Badlands National Park heeft een oppervlakte van bijna 1000
vierkante kilometer en bestaat uit ravijnen, kloven en hoodoos,- die
ontstaan zijn door water- en winderosie - afgewisseld met grote
oppervlakten grasprairies. De Badlands is een droog gebied met weinig
begroeiing en zachte rotsen. Daardoor zijn de hellingen steil, met
losse, droge aarde, gladde klei en diep zand. Ik had in dit droge
woestijnachtige gebied geen dieren verwacht, maar we worden verrast door
de zeldzame ruigpootbuizerd, herten, pronghorn, dikhoornschapen,
prairiehonden, bizons, coyotes en een das.

bighorn Schaap

Pronghorn
We staan vroeg op om de zonsopgang over het ruige gebied te fotograferen
en ondanks de dikke wolkenlaag aan de horizon zijn we niet ontevreden.


Coyote


Hertjes
Coyote

Ruigpoot buizerd

Prairiehonden
Hierna is Mount Rushmore aan de beurt :je weet wel; die vier
President’s hoofden die uit de rots uitgehouwen zijn. We rijden de
kronkelige weg naar de plaats waar je de hoofden het best kunt zien en
lezen dat we 12 Euro moeten betalen om te parkeren - terwijl dit
monument in de Parkpas valt - en dat je nergens langs de weg mag
stoppen. Dit vinden we te gek en we rijden gewoon een paar keer heen en
weer, terwijl ik foto’s vanuit het autoraam schiet. Seen it, done it,
dit kan ook van het lijstje.


de 'achterkant' van Rushmore....
18 november 2012, Windcave N.P. South Dakota
We komen aan het eind van de middag aan bij het Windcave
National Park en kunnen pas de volgende dag een tour door de
grotten doen. Dus kamperen we op de camping voor maar €4,50.
Kijk, dat zijn nou eens leuke prijzen.
De volgende morgen maken we ons klaar voor de tour. Het is maar
10°C in de grotten, dus ik doe meerdere lagen aan, mijn muts op,
handschoenen aan en stevige wandelschoenen. Nou, alleen dat
laatste was nodig geweest, want de grotten hebben een
luchtvochtigheid van 90% en al gauw stik ik de moord.
Omdat we maar met twee stellen zijn, vraagt de gids of hij ons
voor een langere rondleiding mag meenemen, van anderhalf uur.
Prima! De wandeling begint bij een lift en dat werkt meteen op
mijn lachstuipen: PJ vraagt altijd of een hike
rolstoelvriendelijk is, want hij is niet zo van het lopen. Hij
komt tenslotte uit NL (Niet Lopen). |
 |
De grotten zijn indrukwekkend, je vindt hier geen stalagmieten of
–tieten, maar zogenaamde boxwork creaties (speleothems). Het doet
mij denken aan delicaat kantwerk, suikergoed of gekristalliseerd ijs.


19 november 2012, Douglas Wyoming USA
Vanuit South Dakota rijden we Wyoming in en in het plaatsje
Douglas vinden een soort gratis ‘camping’ in een stadspark
met een camper dump, water (overal is het water al afgesloten
voor de winter, dus we hadden dringend water nodig), WIFI en
zelfs warme douches!! Ik fotografeer een prachtige
zonsondergang, terwijl herten door het gras dartelen.
Ondertussen komen we erachter dat de douane na 14 dagen denken
en bestuderen besloten heeft om het pakketje medicijnen weer
terug te sturen naar DHL. We zullen zien of het ook
daadwerkelijk weer in Nederland aankomt. Wat een gedoe zeg!
|
 |
21 november 2012, Longmont Colorado USA
We hebben contact opgenomen met Bob en SueAnn in Colorado, die we
liefkozend onze fossiele vrienden noemen. B&SA hebben geen huis, maar
wonen in een grote caravan die geparkeerd staat naast de Baptisten Kerk
en school in Longmont. Ook hen hebben we voor het eerst ontmoet
in 2000 in Hyder, Alaska. Maar met dit stel hebben we ook veel gereisd
en wildlife gefotografeerd. Zoals elanden in Alaska, grizzlyberen in
Bella Coola en bighoornschapen in Jasper.
B&SA hebben een briefje op de caravan geplakt dat ze tussen 5 en 6 weer
terug zouden zijn. Het is half 4, dus wij pluggen de camper in
elektriciteit en pikken wireless Internet op en wachten tot ze
thuiskwamen.
Om zes uur komen ze thuis en gaan gezellig in hun camper bijkletsen Om
half 7 komen we erachter dat ze met vrienden naar een all you can eat
restaurant zijn gegaan en het komt niet in hun hoofd op om te vragen of
wij al gegeten hebben. Nou, dat hebben we dus niet en we durven dit ook
niet hardop te zeggen. Om 9 uur vallen we om van de honger en bakken
snel wat eieren in onze eigen camper.
De volgende dag is het Thanksgiving Day, in Amerika net zo
belangrijk als ons Kerstdiner.
Thanksgiving Day
(dankzeggingsdag), is een nationale feestdag in de
Verenigde
Staten waarop dank wordt gezegd (traditioneel aan
God)
voor de oogst en voor allerlei andere goede dingen. Deze dag wordt
gevierd op de vierde
donderdag
in
november.
Thanksgiving wordt gevierd met de hele familie en men legt grote
afstanden af om bij elkaar te kunnen zijn. Omdat het in de VS op een
donderdag valt, is het meestal zo dat werknemers ook vrijdags vrij
krijgen. Daardoor wordt een familiereünie van vier dagen mogelijk.
Het eten speelt een grote rol: het is traditie om op Thanksgiving Day
kalkoen
te eten en er wordt dan ook aan deze dag gerefereerd als Turkey Day.
Traditionele bijgerechten zijn
aardappelpuree,
stuffing,
zoete
aardappels,
sperziebonen,
cranberries, en als nagerecht
pecannotenvlaai en
pompoentaart.
Voor de maaltijd kijkt men traditioneel naar wedstrijden
American
Football.
Wij zijn uitgenodigd voor een Thanksgiving lunch bij vrienden van Bob en
SueAnn. Ik heb voor gastvrouw Judy een Delftsblauw keukenschort
meegenomen en Hollandse chocola en dat valt erg in de smaak. De tafel is
mooi gedekt (jammer van die weggooi limonadeglazen) en iedereen heeft
een gerecht gemaakt. We zijn met z’n 14-en. Het dessert bestaat zelfs
uit vier soorten vlaai.



Bob en SueAnn
Het valt mij op dat Amerikanen zich niet speciaal kleden voor zo’n
uitgebreid diner, zoals wij dat doen voor een Kerstdiner. Ook had ik
voor niets een paar flitsende laarzen met hoge hakken aangedaan, want we
werden geacht om ons schoeisel bij de voordeur uit te doen.
Na het eten en de afwas gaan de mannen uitbuiken op de bank en kijken
naar American Football en de dames beginnen door de enorme stapel
advertentieblaadjes te snuffelen. Morgen is het namelijk Black Friday,
traditioneel de dag om de Kerstcadeautjes in te kopen met enorme
kortingen. Het is daardoor de drukste dag in het jaar voor de
winkeliers. Het lijkt een beetje op de ‘Dwaze Dagen van de Bijenkorf’.
Sommige mensen gaan al dagen van te voren bij de winkel voor de deur
liggen (en missen zo het familiefeest totaal). Maar niets is heilig, ook
Thanksgiving niet en het stunten van de winkeliers begint al op
donderdagavond, dit tot ongenoegen van veel Amerikanen. Maar niet voor
deze familie en er wordt een plan gemaakt hoe laat ze waar moeten zijn
om in de rij te kunnen staan voor die geweldige aanbiedingen. Ik moet
zeggen dat een flatscreentelevisie met een doorsnee van 1.30 m voor maar
U$299,- geen geld is! En dit in de rij staan gaat dan de hele nacht
door, elke winkel heeft zo zijn verschillende tijden voor andere
aanbiedingen. De shoppers vertrekken om 8 uur ’s avonds en wij worden om
9 ’s avonds weer naar huis gebracht door Bob en SueAnn.
Wat een voorrecht om zo’n traditioneel feest mee te maken.

23 november 2012, Longmont Colorado USA
Ondertussen heeft een fotografe vriendin van Yellowstone gereageerd als
ze op Facebook leest dat wij in Longmont, Colorado zijn.
“Ik woon daar nog geen 15 mijl vandaan, komen jullie ook bij ons
langs?”.
Dat doen we graag (is toch nog drie kwartier rijden) en Cathy en Rick
blijken in een bos te wonen, vlak bij Rocky Mountain National Park. De
herten lopen te grazen in de tuin en ’s nachts lopen zwarte beren en af
en toe een mountain lion (poema) door de achtertuin!!

We hebben een gezellige avond en de volgende morgen rijden we in twee
dagen naar Utah, waar we onze spullen voor Mexico ophalen uit de kelder
van mijn nichtje Diana en haar man Randy. Omdat we het vervelend vinden
om steeds onze route naar het Noorden of Zuiden aan te moeten passen aan
het ophalen van zomer- of winterkleren in Utah, hebben we nu zo min
mogelijk achtergelaten in de kelder. Door de nieuwe flatbed
constructie die PJ vorig jaar gebouwd heeft, hebben we veel meer
opbergruimte en kunnen we nu niet alleen onze dikke winterjassen
meenemen maar ook dingen zoals een elektrisch kookplaatje, onze
hangmatten en vogelvoederbakjes (die we alleen in Mexico gebruiken). We
laten alleen een goede linnen koffer op wieltjes achter (dat was nog
voor die goede oude tijd dat je ieder gratis twee koffers mocht
meenemen), kaplaarzen en moonboots.
26 november 2012, Plain City Utah USA
Vanochtend zijn we naar een campergarage geweest. De accu’s van de
camper laden niet op tijdens het rijden, dus dat werd gecontroleerd. Het
blijken geoxideerde connecties te zijn en zijn nu vervangen. Hopelijk is
het probleem nu opgelost.
’s Middags gaan we naar een andere garage om iets aan de vering van de
pick-up te doen. Er worden vier nieuwe schokbrekers geplaatst.
28 november 2012, Utah USA
We hebben haast om zuidwaarts te gaan, want vanavond is het volle maan
en we willen dit fotograferen vanuit Bryce National Park. Ik vind
dit het mooiste plekje op aarde (we gaan er nu voor de vierde keer
heen).
Als we op het uitkijkpunt aankomen, is de horizon bedekt met een dikke
wolkenlaag. Dat is wel een beetje teleurstellend, maar we schieten toch
aardige landschapsfoto’s bij het licht van de maan en een lange
sluitertijd. |

|

Op de camping lezen we dat in september een poema op de camping
gesignaleerd is! Ik weet wel dat dit ruim twee maanden geleden
was, maar het idee dat deze enorme leeuw in de buurt van
mensen is gezien, is voor mij al genoeg om een grote glimlach op
mijn gezicht te toveren. Als wij hier in september waren
geweest, zou ik nachtenlang op wacht zijn gaan zitten. Na 12
jaar USA hebben wij dit schichtige dier nog steeds niet in het
wild gezien.
Deze
foto van een levende poema hebben we genomen in het Sonora Desert
Museum in Tuscon. |
 |
29 november 2012, Bryce Canyon NP Utah USA
We staan om zes uur op om op tijd te zijn voor de zonsopgang van half 8.
Juist het moment ruim voordat de zon opkomt is wat mij betreft het beste
moment op de kloof te fotograferen. Bryce Canyon is beroemd om zijn
unieke geologische rotsformaties. Door de samenwerkende krachten van
vriezen en dooien worden de
kalk-
en
zandsteenformaties
langzaam geërodeerd en vormen zo de zogenaamde
hoodoos.
De afgesleten toppen zorgen voor prachtige formaties die in het eerste
zonlicht erg mysterieus lijken. Het zachte licht zorgt voor schakeringen
van de kleuren van de rotsen. De kleuren variëren van roze naar oranje.
Terwijl PJ probeert de knaloranje horizon vast te leggen, leef ik mij
uit op de steeds van kleur veranderende kloof. Echt genieten en we zijn
tevreden met het resultaat.



Vanaf Bryce rijden we door Red Canyon.


Daarna naar Coral Pink Dunes Sands State Park. We komen hier
eigenlijk terecht omdat onze camper te hoog is voor de doorgaande route
naar Zion (i.v.m. een tunnel) en ik een kortere weg zie langs Pink Dunes.
Het blijkt een prachtige omgeving te zijn die ons doet denken aan de
rode zandduinen van Namibië.



Het laatste stukje (slechts 3 kilometer) is onverhard en als we weer op
asfalt rijden en stoppen voor wat drinken, zien we wat een chaos het is
in de camper.


1 - 8 december 2012, Parker Arizona USA
Ruim een week verblijven we op een prachtige plek aan de Colorado rivier
in Parker, Arizona. Om ons heen zijn kale rode bergen en overal
geplante palmbomen. Het lijkt veel op een oase in de woestijn. Het is
geen echte camping, maar een soort enorm park, waar de meeste grote
caravans zonder stroom staan, met alleen een waterkraantje. Dry
camping noemen ze dat. Wij hebben erg geluk, want we mogen op een
niet officieel plekje gaan staan, waar de boten te water gaan, aan de
rivier, met een picknicktafel, stroom, waterkraan en we pikken zeer
gemakkelijk wireless internet op van het clubhuis! We staan op asfalt en
hebben dus geen last van zand en aarde dat je de camper binnenloopt.
Elke avond een prachtige zonsondergang en 's avonds horen we coyotes
huilen, die zo dichtbij klinken dat ik een paar keer naar buiten ga om
te kijken of ze echt niet onder de camper zitten.



Het park is
zo groot dat als ik 's morgens een rondje wandel drie kwartier onderweg
ben! Dit kost ons 15 euro per nacht.
Enige nadeel: er is maar 1 douchegebouw en dat is zo tien minuten lopen
van onze plek vandaan, dus als je terug ben de camper bent, ben je
alweer bezweet. Had ik al gezegd dat het 25 graden is?

9 november 2012, Yuma Arizona USA
We spreken af voor Happy Hour in Yuma met onze vrienden Jim en Linda.
Dit oudere Canadese stel hebben we jaren geleden ontmoet in La Penita
Mexico. Vier jaar geleden hebben ze een chalet gekocht in een seniorpark
en overwinteren in het milde klimaat van Arizona. Ze nemen ons uit eten
naar een grill buffet restaurant en we eten natuurlijk veel te veel.
Leuk om hen weer te zien.


We gaan ons nu klaar maken om naar Mexico te gaan.
23 maart 2013, USA
Na drie heerlijke maanden in Mexico, komen we in maart weer terug in de
USA.
De eerste controle gaat gemoedelijk, maar daarna moeten we de camper
parkeren voor een levensmiddelen controle. Tot PJ’s ongenoegen gaan we
niet de grens over met een lege koelkast en vriezer, maar met allerlei
vlees, vis en groenten.
De vrouwelijke douanebeambte is erg vriendelijk. We moeten erg aan haar
spraak wennen, want ze spreekt met een dubbele tong: het lijkt wel of ze
dronken is, maar waarschijnlijk heeft ze een beroerte gehad. We mogen de
garnalen, kip, gehakt, sla, tomaten, uien, paprika en komkommer gewoon
houden.
Daarna moeten we het gebouw in voor de immigratie. Dit gaat dit keer erg
lastig. De officier is dit niet gewend en tuurt naar de computer waar al
onze gegevens opgeslagen zijn.
“Jullie zijn aan het grens hoppen”, beweert hij.
Nou hoppen zou ik het niet willen noemen als wij net drie maanden in
Mexico zijn geweest. En we zijn toevallig ook nog een heel jaar in
Nederland geweest.
“Waar gaan jullie nu naar toe?”
“Wij vliegen over twee weken vanuit Calgary naar huis”.
“Calgary? Wat is Calgary?”
We zullen het maar wijten aan ons accent, want Calgary is toch een
bekende en grote stad in Canada…
Uiteindelijk geeft de immigratieofficier ons toch nog een visum van 90
dagen.
We
overnachten op de camping in Why, Arizona.
Na een frisse nacht en een warme dag rijden we noord naar Phoenix, waar
we bij de Walmart supermarkt overnachten.
24
maart 2013, Arizona
In
Flagstaff doen we boodschappen en ik zie een kop van de plaatselijke
zondagskrant: ‘Eindelijk stroomt Grand Falls weer’ met een foto van een
indrukwekkende roodbruine modderige waterval.
Terug in de camper googlelen we Grand Falls op onze laptop. Deze
waterval in de Painted Desert is alleen imposant als de rivier in
maart en april gevoed wordt door smeltwater. De rest van het jaar is het
een lullig stroompje. De waterval is hier ongeveer 50 kilometer vandaan
(in de verkeerde richting) en gedeeltelijk over een onverharde weg, maar
we besluiten er toch naar toe te rijden. Ik neem de routebeschrijving
van het internet over met alle afslagen en afstanden, want de waterval
is geen goed aangegeven attractie in het Navajo Indianen reservaat.
We
rijden door een vlak woestijnlandschap en het is niet voor te stellen
dat hier ergens een 56 meter hoge waterval stroomt. Nadat PJ de camper
geparkeerd heeft bij de Little Colorado rivier crossing zien we meteen
dat een pick-up halverwege de rivier vast komt te zitten! De auto weet
los te komen en rijdt achteruit weer terug. Wij blijven aan deze kant
van de rivier. Door het Internet weten we dat we nog anderhalve
kilometer moeten lopen over een vlak wandelpad, dus ik loop op mijn
slippers.

De
eerste blik op de waterval is imponerend. Niet zozeer de verrassende
hoogte maar vooral de vele terrassen waar het roodbruin gekleurde water
over stroomt voordat het in drie grote fasen diep beneden ons in de
Little Colorado rivier valt.

Maar PJ ziet meteen dat hij de waterval ook vanaf de bodem van de kloof
wil fotograferen. Er lopen daar tenslotte ook mensen.
“Maar ik loop op slippers!”, klaag ik.
We zijn niet de enigen die dit prachtige schouwspel komen bewonderen en
ik wijt dat aan de zondagse krantenkop.
We lopen langs de rand van de canyon op zoek naar een plek waar we naar
beneden kunnen klauteren en vinden dat ook. Het pad is redelijk
eenvoudig - met wel een paar sprongetjes - bereiken we de bodem van de
kloof.
PJ
experimenteert met lange sluitertijden (ik had het statief meegesjouwd)
en we genieten van dit gave lente spektakel.


En nu moeten we weer terug!
We
rijden door naar het Grand Canyon National Park om daar de
zonsondergang te fotograferen. We moeten ons dan wel een beetje haasten.
Tot onze verbazing staat er een enorme rij auto’s voor de ingang en we
vorderen maar langzaam. Als we eindelijk bij de kassa zijn en onze Eagle
Park pas laten zien (gratis entree voor alle Nationale Parken) vragen we
wat er aan de hand is.
De parkwachter antwoordt verbaasd: “Het is Spring Break
(voorjaarsvakantie)”.
Oeps, daar hadden we niet aan gedacht. Dan is natuurlijk ook de camping
vol.
We rijden snel naar het eerste uitkijkpunt, maar de zon is al zo ver
gezakt dat de canyon al in de schaduw ligt. Jammer!
We proberen alle uitkijkpunten uit, maar nergens kunnen we goede foto’s
maken. We rijden het park uit aan de oostkant en kamperen langs de weg.
25
maart 2013, Grand Canyon
USA
Wat is het koud! Ik kijk op de buitentemperatuurmeter en zie tot mijn
schrik dat het -8 graden is! Nog geen drie dagen geleden zaten we in
Mexico met 28 graden. Wat een overgang. Het wordt echt tijd dat we ons
winter donzen dekbed uit de koffer halen die op het dak vastgebonden
ligt.
De temperatuur stijgt langzaam naar 12 graden, maar de lucht is
onbewolkt en de zon schijnt.
We rijden naar Utah en genieten van het uitzicht op Monument Valley.

We besluiten dit Indianenpark links te laten liggen, want morgen willen
we door Valley of the Gods gaan rijden. Het landschap van Valley
of the Gods lijkt sterk op dat van het veel bekendere Monument Valley.
Ook in Valley of the Gods zie je schitterende rotsen die her en der
verspreid staan in een verder leeg, weids woestijnlandschap. Via een 27
kilometer lange onverharde weg kun je door de eenzame vallei heenrijden.
De toegang is gratis en omdat het niet zo bekend is als Monument Valley,
heb je woestijn voor jezelf.
We
overnachten gratis in Goosenecks State Park met prachtig uitzicht
op de San Juan rivier, 300 meter dieper. Deze rivier stroomt hier 8
kilometer lang door een gebied dat in vogelvlucht maar 1,6 kilometer
breed is.
De
loop van een rivier wordt o.a. bepaald door de hardheid van de bodem
waar het water doorheen stroomt. Het water zoekt de weg van de minste
weerstand, en omdat dat vaak niet de kortste weg is ontstaan er bochten
in de rivier. Bij Goosenecks zijn dit wel vier indrukwekkende bochten.

PJ
klimt op het dak om de koffer open te maken en gooit het dekbed en onze
winterjassen naar beneden. Maar wat een afknapper: ‘het weer’ zit in de
jassen en ze stinken naar de schimmel! Gelukkig zit het dekbed in een
luchtdicht afgesloten zak. We hangen alles in de zon te luchten.
26
maart 2013, Goosenecks State Park USA
We hebben goed geslapen onder ons donzen dekbed, maar worden wakker met
een bewolkte lucht! Daar balen we behoorlijk van, want die rotspartijen
die uit de woestijn oprijzen moeten natuurlijk wel met een blauwe lucht
gefotografeerd worden. Onze winterjassen hebben we ’s nachts buiten
laten hangen, maar de vieze geur is nog niet verdwenen.
We rijden in de loop van de morgen toch over de onverharde weg door
Valley of the Gods, maar echt mooie foto’s schieten we niet.
Om
verder noord te komen, nemen we Utah State Route 261, een zogenaamde
scenic byway, die begint ten noorden van het plaatsje Mexican Hat,
vernoemd naar een aparte rotsformatie en
die uitkomt in de buurt van Natural Bridges National Monument.

Zoek de verschillen
Het
grootste deel van State Route 261 is verhard, maar er is ook 5 kilometer
lang gravelgedeelte. Dit gedeelte wordt de Moki Dugway genoemd en begint
op een hoogte van ruim 1600 meter. Het eindpunt is bijna 2000 meter hoog
op het Cedar Mesa plateau. In totaal stijgt de weg dus 335 meter, dit
gaat via een aantal haarspeldbochten met een hellingspercentage van 10%.
Het
uitzicht over de omgeving en de weg is erg mooi, dus ik stel voor dat PJ
de weg nog een keertje op en neer rijdt zodat ik foto’s kan nemen. Dit
is tijdrovend, maar dan heb je wel spectaculaire foto’s.

We
rijden dwars door het prachtige Utah met een mager zonnetje naar Goblin
State Park, maar helaas is de camping vol. We hadden ons verheugd op een
warme douche, maar moeten in het wild kamperen. PJ vind een prachtig
plekje in de San Rafael woestijn en ik fotografeer ’s morgens vroeg de
ondergaande volle maan.




27
maart 2013, Utah
De volgende dag rijden we naar een dorpscamping, nemen een douche en
wassen de winterjassen. De schimmelgeur is er dan gelukkig bijna uit. Ik
begin met het pakken van de koffer. We hebben lang getwijfeld of we
langer in de USA zullen blijven, maar als we horen dat Yellowstone
National Park een week later opengaat dan gepland en dat zou betekenen
dat we nu nog een maand moeten wachten. Daar hebben we geen zin in, dus
zullen we het vliegtuig van 2 april vanuit Calgary pakken. We rijden
naar Ogden voor de autokeuring en overnachten bij mijn nichtje Diana en
haar partner Randy. Het is bijna 20 graden in Ogden!
29
maart 2013, USA
We verlaten Utah en rijden de staat Idaho in. Er ligt nog sneeuw op de
grond en de temperatuur zakt naar 15 graden.

We
gaan op bezoek bij vriendin Melissa in Victor aan de voet van het
Grand Teton gebergte. Ze woont met haar drie honden, twee katten en een
konijn in een logwoning. We kletsen gezellig bij en gaan ’s avonds uit
eten. De volgende morgen is zij al vroeg aan het werk, dus wij rijden
verder noord.

31
maart 2013
Vandaag gaan we de grens van de USA – Canada over. Er staat een enorme
rij (het is Eerste Paasdag) en we staan ruim 40 minuten in de rij te
wachten. Iedereen is vriendelijk en we krijgen weer een visum voor een
half jaar. We overnachten gratis op een parkeerterrein van een mall in
Calgary.

1 en 2 april 2013, Calgary
Als we langs de supermarkt Canadian Superstore rijden, kunnen we
het niet laten om nog even voor kaas- en kaneelbroodjes naar binnen te
gaan. Bij de bakkerij is een dame net de cinnamon buns aan het
besmeren met suikerglazuur. Ze steekt hiervoor haar gehandschoende hand
in een EMMER met glazuur. Als ze ons de broodjes aanreikt, flap ik er
ineens uit: “Mag ik uw vingers aflikken”. Eerst kijkt ze geschokt, maar
daarna begint ze gelukkig te lachen.
Op de wintercamping van Calgary pakken we de koffers en maakt PJ de
camper gereed voor een koude opslag. Hij moet dus al het water in de
tanks en boiler vervangen door antivries. Om half 5 zijn we bij de
opslag en betalen voor vier maanden. We weten nog niet precies wat we
gaan doen, maar we kunnen altijd later bijbetalen. Daarna nemen we een
taxi naar het vliegveld. We vliegen pas over 4 uur, maar konden niet
later bij de opslag aankomen.
We hebben nogal veel over van ons eten en drinken, dus nadat we hebben
ingecheckt, gaan we voor de douane nog lekker op de leren banken zitten,
met een goede fles rode wijn, blokjes oude Cheddar kaas, kaas- en
kaneelbroodjes en kijken via Uitzending Gemist naar de
oudejaarsconference van Dolf Jansen en de verkiezingsconference van
Freek de Jonge. Zo, zijn we weer helemaal bij.
We
vliegen van Calgary naar London en dan naar Amsterdam, waar we ’s avonds
aankomen. We worden opgehaald door mijn schoonvader Jan en die brengt
ons naar onze stacaravan. Onze lieve vrienden hebben ontbijtboodschappen
gedaan, het kacheltje aangezet, licht aangedaan, bloementjes neergezet,
onze personenauto uit de opslag gehaald en het gas/water aangesloten.
Wat een gespreid bedje!
|